FarmaLifescience

Levenslijn voor donororganen

Organ Assist STW UpdateAls een donororgaan beschikbaar komt, moet die bliksemsnel naar de ontvanger om weefselschade te voorkomen. Dat lukt niet altijd, waardoor veel organen onbruikbaar raken. Met apparatuur van het Groningse bedrijf Organ Assist kunnen artsen donororganen nieuw leven inblazen.

De geschiedenis van Organ Assist begon met de toekenning van een STW-financiering in het najaar van 1998. Dankzij die financiering konden twee promovendi, onder wie Van der Plaats, van start met onderzoek naar simulaties, testopstellingen en prototypen van orgaanperfusiesystemen. Het onderzoek vond plaats aan de
Rijksuniversiteit Groningen, bij de vakgroep Biomedical Engineering onder leiding van hoogleraar Gerhard Rakhorst. Het doel van het onderzoek was de ontwikkeling van een systeem dat de kwaliteit van donorlevers behoudt en verbetert.

De kwaliteit van een donororgaan bepaalt namelijk in grote mate de slagingskans van een transplantatie. Zodra het orgaan uit de donor wordt verwijderd, gaat de kwaliteit al achteruit. Eenmaal afgesneden
van de bloedsomloop krijgt een orgaan geleidelijk een tekort aan zuurstof en voeding. De schade die dat oplevert, bepaalt hoe goed de stofwisseling na transplantatie nog op gang kan komen.

Hoe meer het orgaan de omstandigheden van het lichaam ervaart, des te beter. Dat is het eenvoudige idee achter de perfusiesystemen. Daarnaast kunnen artsen zo de kwaliteit van het orgaan verbeteren door in de perfusievloeistof zuurstof, medicijnen en extra voedingsstoffen toe te voegen. Op het moment dat Van der Plaats met zijn onderzoek begon, werden donororganen standaard bewaard in een zakje met vloeistof, die op
zijn beurt weer in een koelbox gevuld met ijs kwam te liggen.

Een systeem dat de weefselschade die daardoor optreedt weer herstelt, was nog niet beschikbaar. Andere onderzoekers hadden al wel eens nieren aangesloten op een perfusiepomp. Die experimenten lieten een verbetering zien van de houdbaarheid. Voor de lever bestond zoiets echter niet. De lever is een complexer orgaan: het is via twee afzonderlijke routes aan de bloedsomloop gekoppeld, het filtert bloed en produceert gal, enzymen en allerlei andere stoffen.

Van der Plaats ontwikkelde en testte systemen met twee vloeistofpompen, zuurstofvoorziening,  verwarmingselementen en sensoren voor vloeistofdruk. Door de levers van dieren te meten in dat soort proefopstellingen kon hij uiteindelijk de juiste specificaties voor de Liver Assist vinden. ‘Het belangrijkste resultaat van het STW-project is dat we het concrete eisenpakket voor een orgaanperfusiesysteem in kaart hadden gebracht. Die kennis en ervaring geeft ons nog steeds een voorsprong op de concurrentie.’ (……)

Dit achtergrondartikel verscheen in STW Update, februari 2015. Online: Een warm bad voor organen. Als pdf.